Ik zal in dit artikel uitleggen waarom en hoe ik de vijver in onze tuin heb aangelegd.
Het idee was om met minimale middelen een zo natuurlijk mogelijk resultaat te krijgen.
Aanleiding was voor ons de droge plek onder de hoge dennenboom. Daar wilde niets groeien. Omdat we al een regenton hadden bedacht ik dat ik een gat onder de boom zou kunnen graven, er folie in leggen en de wateroverloop van de regenton in de vijver zou kunnen leiden. Dat is samengevat precies wat ik gedaan heb.
Het resultaat is al sinds 2008 een verbazingwekkend mini-natuurgebiedje waar naast vele vliegende en zwemmende insecten en tientallen kikkers sinds vorig jaar ook salamanders leven en er ook tal van vogels, een egel en een marter langskomen om te drinken. Helaas werd het laatst ook duidelijk dat een reiger de kikkerstand flink heeft gedecimeerd.
Als je ook zo’n vijver wilt dan volgen hierna een aantal tips.
De regenton
Wij hebben een klassieke houten regenton die in ons geval voorheen heeft gediend voor de rijping van port. Dat was in het begin goed te ruiken…
Het voordeel van zo’n houten ton is dat je er met een gatenboor op de boormachine zelf gaten in kunt boren. Ik heb de wateraanvoer rechtstreeks via een geboord gat in de ton laten uitkomen. Dat heeft als voordeel dat het deksel van de ton volledig functioneel is.
Het waterdicht maken van de aansluiting is een kunstje. Je begint met een gatenboor die nét te klein is. Daarna maak je de PVC-pijp die door het gat moet boven de vlam van het fornuis langzaam zacht en wals je hem dunner, totdat het past. Dan duw je de pijp er, nog heet, in één keer vanaf de buitenkant in en walst de binnenkant meteen wijder met een stomp voorwerp zoals een stuk dunne bezemsteel. Misschien zijn er twee pogingen nodig. Gelukkig is een stuk PVC-pijp niet duur.
Met een kunststof ton is er vast ook wel een oplossing te verzinnen.
De aanvoer
Uiteraard heb je regenwater nodig. Ons water komt uit de verticale afvoerpijp waarmee regenwater van de achterste 50 m2 van ons dak wordt afgevoerd. In elk tuincentrum kun een vulautomaat voor de regenton kopen. “Vulautomaat” klinkt als heel wat, maar zo’n ding is prachtig eenvoudig. Het maakt gebruik van het feit dat stromend regenwater in een verticale pijp altijd de neiging heeft om langs de wand te stromen.
Je monteert het ding in de verticale afvoerpijp, precies op de juiste hoogte om in de regenton uit te komen of iets hoger. Als de aansluitng hoger is kun je met bochtenwerk een aansluiting op de ton maken. Ik heb het op de directe manier gedaan, maar dat is wel lastig om precies pas te maken. Bovendien mag de ton daarna nooit meer bewegen!
De afvoer
Je zou de ton op zo’n manier kunnen aansluiten dat de ton alleen bijgevuld wordt als hij niet helemaal vol is. Bij onze ton is het echter andersom: de ton wordt altijd bijgevuld als het regent en wat er te veel is gaat via een overloop weg. Dat heeft als voordeel dat het water in de ton doorlopend ververst wordt en daardoor niet gaat stinken. Ook is het water dat via de overloop wegloopt ontdaan van zand en andere zware vervuilingen, zoals stukjes dakpan en steentjes van de dakbedekking, waardoor de leiding verderop minder snel verstopt.
Als overloop heb ik eenzelfde stuk PVC-pijp via een gat in de ton gemonteerd als bij de aanvoer, en wel op dezelfde hoogte.
Om te zorgen dat het water er wel uitloopt heb ik binnen in de vulautomaat een extra stukje pijp op de verhoging in de automaat gelijmd. Daar heb ik geen foto van maar alleen een tekening. Je moet dit uiteraard doen vóórdat je de automaat monteert.
Het watertransport
Net als bij de aan- en afvoer bij de ton heb ik voor het watertransport van de ton naar de vijver gebruik gemaakt van PVC-pijp met een diameter van 40 mm. Ik heb in verband met vorst in de winter de leiding 15 cm diep ingegraven. Na de eerste winter vertoonde de pijp toch een barst. Ik heb de conclusie getrokken dat het gebruik van PVC-lijm voor de verbindingsstukken weliswaar een erg sterke leiding oplevert, maar dat moffen met rubber afdichtingen wel het voordeel hebben dat ze uitzettingen en inkrimpingen kunnen opvangen. Bovendien kun je dan in geval van verstopping de leiding losnemen.
De totale lengte van de transportleiding is bji ons 15 meter. De leiding loopt omgeveer horizontaal; de kracht voor de stroming wordt geleverd door de hoogte van de overloop van de regenton. Dat is ruim voldoende gebleken om ook bij fikse buien het water goed te laten doorstromen.
De vijver
Ik heb de vijver in twee keer gemaakt. De eerste versie was een stuk kleiner en heb ik later wegens succes een stuk groter gemaakt. 🙂
Bij het aanleggen van de vijver heb ik tegen een aantal zaken die je op internet als belangrijk tegenkomt gezondigd.
Wat ik gedaan heb is een gat gegraven, daar vijverfolie ingelegd en een deel van de grond weer terug in de vijver gelegd als vijver bodem én als rand. Er is in mijn tuin dus géén vijverrand zichtbaar en de bodem is een natuurlijke. Dat wordt normaliter niet aanbevolen omdat de rand zich volzuigt met water waardoor de vijver langzaam leegloopt. Bij ons is dat geen punt omdat de vijver automatisch wordt bijgevuld. Het effect van het volzuigen van de rand is in het begin vrij fors, maar wordt door inklinking van de grond en de toenemende begroeiïng snel minder.
Het ontbreken van een rand betekent een heel geleidelijke overgang van tuin naar water, waardoor dieren het water gemakkelijk kunnen bereiken, kikkers er gemakkelijk uit kunnen en er geen gevaar is voor verdrinking.
Vijverfolie is ook het énige dat materiaal dat ik voor de vijver heb aangeschaft.
Het nadeel daarvan is dat de vijver niet diep is. Om een natuurlijke helling te hebben van oever tot in de vijver is een hellingsgraad van 1:5 ongeveer het maximaal haalbare. Bij een steilere helling zal de grond snel naar het midden van de vijver zakken. Dat was ook de reden om de vijver te vergroten naar de 3 meter diameter van het wateroppervlak van nu.

(In deze tekening ontbreekt de in de vijver teruggelegde grond)
Een belangrijk aandachtspunt bij het graven van de vijver en het leggen van de folie is dat de rand overal nagenoeg even hoog moet liggen. Een waterpas bleek daarbij erg handig. De maat van de vijverfolie moet je heel ruim nemen omdat er in het midden van de vijver door de kromming van de bodem vouwen ontstaan die extra materiaal vergen.
O ja, om een vijver van een bepaalde grootte te maken moet je een gat graven dat véél groter is dan de vijver uiteindelijk gaat worden. Het gegraven gat lijkt echt enorm, terwijl de grootte van de vijver achteraf tegenvalt – of meevalt, afhankelijk van hoe je het bekijkt.
De wateraanvoer in de vijver
Dit is op zich simpel. De in de grond gegraven aanvoerleiding heb ik dmv bochten over de vijverrand geleid. Een steen links en rechts van de pijp zorgen dat de pijp niet breekt als ik eens op die plek ga staan.
Waterafvoer vanaf de vijver
Hoewel ik de vijver ook zo had kunnen maken dat hij op een natuurlijke wijze zou overstromen bij overvloedige regen heb ik ervoor gekozen om een afvoer via een extra pijpje te maken. Daarvoor heb ik bij het leggen van de folie op één plaats de folie iets dieper gelegd waardoor er op die plek nét een stuk PVC-pijp kan liggen. De rest heb ik weer afgedekt met grond, die in ons geval löss is en daarmee al redelijk waterafsluitend van zichzelf. Klei is ook prima, maar bij humusrijke grond of zandgrond kun je verwachten dat de vijver sneller via de grond leegloopt. Dat is niet erg; het waterpeil komt gemiddeld alleen wat lager uit. De afvoer
Nu is de installatie klaar en wordt het hopen op snel en veel regen. Met wat geluk gaat dat héél snel. Een vijver als de onze bevat ongeveer 1000 liter water. Bij een bui van 20 mm regenval op 50 m2 dak kan de vijver dus in één keer volraken. Wel is bij droog weer ongeveer 1,5 mm regenval nodig voordat het water de regenton bereikt.
De eerste keer dat de vijver gevuld wordt is het een troebele modderpoel. Na een aantal dagen wordt het water helder.
Dat de vijver bij één bui vol kan raken geeft ook aan dat in een natte periode het vijverwater snel en vaak ververst wordt. Zeker in het begin is het gunstig als het water vaak ververst wordt. Helaas werken de regengoden niet op bestelling, dus geduld is een schone zaak.
De natuur
Wat wij aan planten in de vijver gezet hebben is eigenlijk vrij basaal: een aantal gekregen planten van familie en kennissen en wat gekochte zuurstofproducerende planten uit het tuincentrum. Voornaamste ingrediënt om alles te laten groeien is tijd.
Onze vijver heeft wel periodes gekend dat het water troebel en erg groen was door algenbloei. Kennelijk waren er toen nog niet voldoende organismen aanwezig die deze algen in toom konder houden. Als je de kans hebt om een emmer vijverwater van iemand te krijgen die al een heldere natuurvijver heeft is dat zeker een goed idee.
Kikkers
Drie dagen duurde het nadat we de vijver voor het eerst vulden voordat er al zeker vijf volwassen kikkers in rondzwommen. Waarschijnlijk waren ze uit de goudvissenvijver van de buren gekomen en vonden ze het bij ons leuker, ondanks dat er nog geen plant groeide. Sindsdien is het elk voorjaar dolle pret tussen de tientallen kikkers en zwemmen er een maand later duizenden kikkervisjes rond. Sinds vorig jaar hebben we ook salamanders, al zijn die niet gemakkelijk te zien.
Schoonmaken
Onze vijver staat onder een dennenboom. Dat heeft ook een nadeel. Ik schep dan ook vrij vaak wat drijvende dennennaalden van het wateroppervlak af. Eénmaal per jaar maak ik de vijverbodem schoon van gezonken dennennaalden, dennenappels en vooral ook woekerende waterplaten. Om de kikkers ter wille te zijn moet dat in het vroege najaar. In de winter zitten de kikkers immers in de modder op de bodem, in het vroege voorjaar ligt er kikkerdril, snel daarna komen er kikkervisjes en in de zomer zijn de jonge kikkers in ontwikkeling.
Als de waterstand in de zomer erg laag is vul ik de vijver met leidingwater bij. Gelukkig ligt onze vijver op een schaduwrijke plek waardoor het water niet erg sbnel verdampt.